Chlamydophila infectie

Chlamydia wordt, samen met calicivirus en herpesvirus , geassocieerd met niesziekte bij de kat.

Een infectie met C. felis leidt vrijwel altijd tot conjunctivitis, maar is daarnaast ook geassocieerd met rhinitis, waarbij niezen en neusvloei wordt gezien.

Er is geen zoönotisch risico wanneer een mens wordt besmet met Chlamydophila felis. Chlamydiën zijn immers erg species-specifiek.

 

Oorzaak en voorkomen

Chlamydiën zijn obligate intracellulaire bacteriën die inclusies vormen in het cytoplasma van epitheelcellen van de gastheer. Er zijn diverse types chlamydiën, waarvan verschillende geassocieerd worden met het ontwikkelen van conjunctivitis bij de gastheer. In het geval van de kat gaat het over Chlamydophila felis.

Deze bacterie komt bij katten vaak voor. Katten lopen meer kans om chlamydia op te lopen op plaatsen waar meerdere katten wonen.

Katten van alle leeftijden kunnen geïnfecteerd raken, maar symptomen worden vooral gezien bij kittens tussen 1 en 3 maand oud.

Ziekteverloop

Een kat loopt chlamydia op door nauw direct contact met een geïnfecteerde soortgenoot, waarbij vooral de ooguitvloei infectieus is.

De bacterie gaat steeds de conjunctiva (oogslijmvliezen) koloniseren met conjunctivitis als gevolg. De eerste symptomen verschijnen gewoonlijk enkele dagen na de infectie.

Eens een kat chlamydia heeft, blijft ze langdurig uitscheider van de bacteriën (meestal enkele maanden, maar in bepaalde gevallen kan de bacterie zelfs persisteren).

Symptomen

Het belangrijkste symptoom van chlamydia bij de kat is conjunctivitis. Vaak begint deze in één oog, waarbij later ook het andere oog aangetast raakt. De ooguitvloei evolueert van waterig (zie figuur 1) tot slijmerig-purulent. Vaak beginnen na een tijdje de oogleden ook te ontsteken en te zwellen, treedt ontsteking en protrusie van het derde ooglid op (zie figuur 2).

Daarnaast kan soms ook niezen en neusvloei worden gezien. Indien een kat met deze symptomen geen tekenen van conjunctivitis heeft, dan is de kans miniem dat het om een chlamydia infectie gaat.

Soms worden in het begin van de infectie wat algemene symptomen gezien, zoals anorexie en koorts. Gewoonlijk worden de symptomen na 2 à 3 weken wat milder.

 

Diagnose

Indien een kat zich presenteert met conjunctivitis kan dit het gevolg zijn van chlamydia, maar ook van herpesvirus of calicivirus.

Om de diagnose van chlamydia te stellen moet een oogswab worden genomen. Vervolgens kan deze swab cytologisch worden onderzocht om een goede indicatie te hebben. Bij infectie met chlamydia zijn de conjunctivale cellen immers vaak aangetast en zijn intracytoplasmatische inclusies te zien.

Om zeker te zijn moet echter een swab worden opgestuurd voor labo-onderzoek. Daar kan cultuur worden gedaan of kan PCR worden uitgevoerd.

Daarnaast kan chlamydia ook worden aangetoond met een positieve serologische test op antistoffen bij een niet-gevaccineerd dier.

Behandeling en preventie

De behandeling van chlamydia behelst een langdurige systemische antibacteriële behandeling met tetracyclines, met behandeling van alle katten in het huis.

Chlamydia behoort niet tot de basisvaccinaties. Toch zijn er vaccins voorhanden om katten tegen chlamydia te beschermen. Deze vaccins verkleinen de kans op infectie en zorgen voor een minder ernstig ziekteverloop. Het kan aangewezen zijn om hiervan gebruik te maken in bijvoorbeeld catteries. Het eerste vaccin wordt hierbij gewoonlijk gegeven bij de fokker op de leeftijd van 9 weken.